Waarom schrijven op B1-niveau vaak helemaal niet slim is

‘Heb je het wel in B1 geschreven?’, vraagt je collega van de afdeling communicatie. Ze heeft net een cursus schrijven voor beginners gevolgd en daar geleerd dat elke tekst B1 moet zijn, ofwel: begrijpelijk voor iedereen. Laat me voor eens en voor altijd het hakmes in die regel zetten en er de broodnodige nuance op aanbrengen.

Waarom het zo vaak wordt geroepen

B1 is voor iedereen, dat is makkelijk te onthouden - het rijmt zelfs. Iedereen is niet helemaal waar, maar 95% van de Nederlanders begrijpt B1. En aangezien een algemene opvatting is dat iedereen je tekst moet kunnen begrijpen, is ‘schrijf in B1’ een regel die zo heilig is als een pastoor die van kinderen afblijft. 

Wil je elke maand een heerlijk verhaal in je mailbox, vol praktische handvatten en verfrissende inzichten rond copywriting? Meld je dan aan voor mijn Brief van de Maand, gelezen door ruim 2.200 professionals.

Die algemene opvatting, dat iedereen je tekst moet kunnen begrijpen, daar moet je even bij stil staan voordat je die voor waar aanneemt en je hele tekst in de B1-mal giet. 

Je schrijft - lang niet altijd - voor iedereen

Schrijf je voor de Belastingdienst, het RIVM of de Telegraaf? Ja, dan schrijf je voor Pieter-Bas de la Caque tot Pietje van de bakker om de hoek en dus is het belangrijk dat zij beiden begrijpen wat er uit je pen druipt. Trouwens goed om te weten dat je er dan met B1 nog niet bent. Wil je écht iedereen bereiken, bijvoorbeeld als het gaat om een hele belangrijke brief die iedereen in Nederland ontvangt? Dan duik je idealiter gezien nét even onder B1, want die 5% kan er anders niet mee uit de voeten.

Maar schrijf je voor een kanaal dat niet door de volle breedte van de samenleving wordt gebruikt? Schrijf je voor een vakblad voor universitair opgeleiden? Schrijf je voor de bovengemiddeld taalonderlegde medemens met een voorkeur voor woordgrappen en een bloedhekel aan Joep-kookt-soep-achtige taal? Laat B1 dan even voor wat het is en richt je pen op de mensen die jouw teksten lezen. 

Bovendien, taal mag best mooi zijn

Kijk, je hebt lampen die de ruimte verlichten en lampen die een ruimte daarnaast ook verfraaien. Je hebt banken waar je op kunt zitten en banken met stiksels en vormkeuzes waar het esthetisch waarderende deel van je brein even een traantje om moet laten. Een Lada brengt je van A naar B, een Ferrari vertelt het verhaal van een land vol espresso’s, pizza’s en overdreven handgebaren. 

Tuurlijk, tekst kun je gebruiken om een boodschap begrijpelijk over te brengen. Maar laten we ook even het onderscheid maken tussen een prima geschreven, functionele tekst en een esthetisch geraffineerd woordwerk waar de nodige bijschavingen en overwegingen aan vooraf zijn gegaan. En zo’n tekst komt dieper bij mensen binnen - daarom is copywriting een vak. Beperk je je tot B1? Prima, maar dan krijg je niet die mooie lamp, niet die bijzondere bank, niet die Ferrari. 

En onderschat je lezer niet

Tot slot: het bijzondere is dat de B1-brigade ook in actie komt als je schrijft voor een specifieke doelgroep. En dat is natuurlijk de grootste onzin sinds je naar een woordenbraaksel van Donald Trump hebt geluisterd. Voorbeeld? Iemand die weleens een bladblazer bedient weet wat een koolborstel is, maar is dat B1? Nee. Een laagopgeleide aannemer die pas anderhalf jaar in Nederland woont zit qua taalniveau natuurlijk nog niet op B1, maar weet hij wat een vleugelmoer is? Jazeker. 

Bottom line

Vergeet algemene taalniveaus als B1. Pas je taal aan op het publiek dat je wilt bereiken. En als je dan toch bezig bent met tekst, durf het dan mooi te maken. 

Artikelen die hierop aansluiten

Previous
Previous

Brief van de Maand - Januari 2022

Next
Next

Brief van de Maand - December 2021